Droom
Over twee weekjes gaan mijn partner en ik op vakantie en ik moet zeggen dat we daar allebei erg aan toe zijn na een paar weken behoorlijk in spanning te hebben gezeten. In mijn vorige blog schreef ik dat bij mijn partner een bobbeltje boven haar sleutelbeen en een verdikking in haar rechterborst was geconstateerd en dat we nog in afwachting waren van de uitslag van het ziekenhuis. Inmiddels kunnen we weer opgelucht ademhalen. De verdikking bij haar borst is verdwenen en het bobbeltje bleek niks ernstigs. Aangezien ik de weken voorafgaand aan de uitslag gekweld werd door doemscenario’s, omdat ik nu eenmaal een professor ben in het zien van beren op de weg, kon ik nauwelijks genieten van het feit dat mijn partner een prachtige 20 jaar oude camperbus op de kop had weten te tikken. Een huisje op wielen is altijd een droom van ons geweest en na maanden ervoor gespaard te hebben, konden we die droom eindelijk verwezenlijken. Nu het weer beter gaat met mijn partner kan ik er ook van genieten. Ondertussen zijn we er al een paar keer mee op pad geweest en ik kan niet beschrijven hoe heerlijk dat is. Dit is voor ons echt het ultieme gevoel van vrijheid. Waar de camper ons de komende weken naartoe gaat brengen weten we nog niet. We zien wel wat er op ons pad komt.
Familiebezoek
Onlangs gingen we voor het eerst met onze camper naar het westen om mijn ouders en broer te bezoeken. Ik keek er ontzettend naar uit, aangezien we mede door de corona elkaar al een lange tijd niet gezien hadden. Het bezoek aan mijn broer was super. Hij en zijn partner hadden lang in de keuken gestaan om ons te voorzien van een heerlijke lunch. Daarna hebben we nog met elkaar een prachtige boswandeling gemaakt. Met een voldaan gevoel reden we hun straat uit op weg naar mijn moeder. Ze was zo blij om ons weer te zien en ook zij keek haar ogen uit in onze camperbus. Op de camping hebben we samen gegeten en later op de avond hebben we haar thuisgebracht. Op dat moment was er nog geen vuiltje aan de lucht.
Dr Jekyll and Mr Hyde
De volgende dag gingen we op bezoek bij mijn vader die vanwege zijn dementie op een gesloten afdeling in het plaatselijk verzorgingshuis verblijft. Dit bezoek verliep anders dan ik had verwacht. Normaal is hij wel blij om me weer te zien, nu kon ik niets goed doen in zijn ogen. Ook op mijn uiterlijk had hij van alles en nog wat aan te merken. In de lift naar beneden betastte hij mijn buik en zei hij dat ik een dikke pens had. Eenmaal op de begane grond hoorde ik hem keihard tegen mijn moeder zeggen dat ik een dikke kont had. Dit deed mij zoveel pijn dat ik moeite had om mijn tranen te bedwingen, ook omdat ik nu juist zo ontzettend mijn best doe om af te vallen. Ik voelde me meteen weer het kwetsbare kleine meisje van vroeger. Nu zou je kunnen zeggen, laat het los, hij is dementerend en daardoor zijn de remmingen weg, maar zo makkelijk is dat niet. Bij mijn vader sijpelt zijn narcistische persoonlijkheid er ook nog tussendoor. Toen hij nog in “goede” doen was, schreeuwde hij dergelijke verschrikkelijke dingen ook al naar mij, waardoor ik me altijd heel klein voelde worden. Ook mijn zelfbeeld heeft hierdoor een forse knauw gekregen. Eigenlijk heeft mijn vader zijn hele leven altijd twee gezichten gehad. Ik vergelijk hem wel eens met dr. Jekyll en mr. Hyde. Tegenover de buitenwereld was hij de altijd genereuze, goedlachse en sociale man, terwijl hij er bij ons thuis een gewoonte van maakte om ons te kleineren tot op het bot.
Voor mezelf kiezen
Eenmaal aanbeland op het terras van het verzorgingshuis kreeg ik ook nog even van hem te horen dat ik er afgrijselijk uit zag met al mijn tatoeages. Vervolgens sommeerde hij mij de op de grond gewaaide suikerzakjes die van andere gasten afkomstig waren op te ruimen, omdat ik die volgens hem op de grond zou hebben gegooid. Net als ik heeft mijn vader een dwangstoornis, alleen bestaat zijn dwang uit het dwangmatig moeten oppakken van straatvuil. Aanvankelijk probeerde ik het te negeren, maar uiteindelijk besloot ik ze toch maar op te pakken om van zijn gezeur af te zijn. Na een paar uur “gezellig” op het terras te hebben doorgebracht, besloten mijn moeder en ik hem weer terug te brengen naar zijn afdeling. In de lift naar boven betastte hij opnieuw mijn buik en gaf hij mij op een nijdige toon te verstaan dat ik een dikke pens had. Ik trilde zo van woede dat ik besloot niet met hem mee te gaan naar zijn afdeling, iets wat ik normaal wel altijd doe voordat ik de lange terugreis naar Friesland hervat. In dit geval besloot ik voor mezelf te kiezen en hem daar achter te laten. Dit voelde natuurlijk heel vreemd, tegelijkertijd was ik ontzettend trots op mezelf dat ik die beslissing durfde te nemen in plaats van uit plichtsbesef met hem en mijn moeder mee te gaan. Dit zou ik vroeger nooit gedurfd hebben.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!